Een unieke eigenschap van mensen is dat we altijd zoeken naar manieren om dingen slimmer te doen. Ronde wielen helpen zware lasten verplaatsen. Motoren maken ons onafhankelijk van dieren voor het reizen over grote afstanden. Computers helpen ons gegevens te beheren en vervolgacties gestructureerd uit te voeren.

De drijfveer om dingen slimmer te (willen) zijn vaak onze ervaringen. Als zaken ons veel tijd of geld kosten gebruiken we onze intelligentie om manieren te bedenken hoe we dit kunnen vergemakkelijken. Zodra anderen om ons heen zaken slimmer aanpakken worden we ertoe gedwongen concurrerend te blijven.

Intelligentie (intelligence) en ervaringen verwerken (learning) zijn de twee basiscomponenten voor slimmer zijn. Lang was het menselijk brein het enige instrument waarmee we dit deden. Nu computers deze taken ook uitvoeren spreken we van Artificial Intelligence (AI) of ‘machine learning’. De computer maakt ons ‘slimmer’ door intelligentie te combineren met ervaringen.

Om een computer slimme dingen te laten bedenken zijn drie elementen nodig:

  • ervaringen, in de vorm van grote hoeveelheden data;

  • intelligentie, in de vorm van slimme algoritmes om patronen in de data te herkennen;

  • een brein, in de vorm van goedkope computer rekenkracht om die patronen snel uit te kunnen voeren.

Schaakmat met AI

De potentie van AI en machine learning werd ons in 1997 duidelijk. Wereldkampioen schaken Gary Kasparov werd dat jaar verslagen door Deep Blue, een supercomputer gebouwd door IBM. Rekenkracht had het menselijk brein verslagen tijdens een spelletje schaak.

In 2011 werd een volgende mijlpaal bereikt. IBM Watson had geen toegang tot internet, maar beschikte wel over 200 miljoen pagina’s gestructureerde en ongestructureerde data. In totaal vier terabyte aan informatie (een hoeveelheid die menigeen nu thuis heeft staan). Zijn algoritmes waren zo ontwikkeld dat ze antwoord konden geven op alle mogelijke vragen die gesteld worden tijdens het populaire tv-programma Jeopardy. Na slechts enkele mislukte pogingen was Watson de mens te slim af en won.

De prestigestrijd tussen IT-leveranciers brandde los door deze spectaculaire gebeurtenissen. Google wilde laten zien dat ze nóg slimmer waren. In maart 2016 wisten ze met een computerprogramma Lee Sedol, 18-voudig wereldkampioen Go, te verslaan tijdens de Google DeepMind Challenge Match. Aangezien Go een combinatie is van intuïtie, creativiteit en strategisch denken werd lang gedacht dat AI de mens op dit vlak niet kon verslaan.

Wat nu, hoe pas ik dit toe?

Nu deze technologie steeds meer in het bereik van ondernemingen komt, wordt het pas echt fascinerend. Eenvoudige toepassingen van AI zijn productsuggesties op basis van aankoopverleden, maar ook impactanalyse en verwachte effectiviteit van een marketingcampagne richting een specifieke doelgroep. Cloud-computing levert ons onbeperkte rekenkracht voor lage prijzen. Slimme algoritmes zijn al bedacht en zodoende direct toepasbaar. En de afgelopen jaren hebben we gigantische hoeveelheden data verzameld, die AI doelgericht kan analyseren.

Tijdens Dreamforce 2016 heeft Salesforce zijn visie op AI en machine learning gegeven. Naast meerdere concrete AI-producten integreert Salesforce AI in een platformdienst met de naam Einstein. Dit wil zeggen dat alle producten standaard over deze functionaliteit beschikken. De platformdienst is ook beschikbaar voor ISV's en klanten die zelf oplossingen met Salesforce realiseren. Net als andere platformdiensten, zoals workflow, rapportages, mobiele toegang en collaboratie, zal Einstein hen specifiek helpen applicaties slimmer te maken.

Deze technologische ontwikkeling is een feit en hij zal een grote impact hebben op je bedrijfsvoering. Het is Salesforce’ ambitie AI laagdrempelig en eenvoudig te maken voor al zijn klanten. Dat is een mooi vertrekpunt om te zien wie straks het slimste jongetje van de klas is.